Lasrookklasse W3: Richtlijnen, normen en afscheidingsklassen voor hooggelegeerde staalsoorten
De lasrookklasse W3 is een certificering van het IFA (Instituut voor Arbeidsbescherming van de Duitse wettelijke ongevallenverzekering) en speelt een cruciale rol bij de afzuiging van lasrook, met name bij hooggelegeerd staal. Sinds 2018 classificeert de WHO lasrook als zeker kankerverwekkend voor mensen (IARC 118, 2018), waarbij een onderscheid tussen werkzaamheden aan laag- en hooggelegeerd staal in de praktijk niet meer mogelijk is. In Duitsland moeten dampen die vrijkomen bij het lassen van hooggelegeerd staal worden afgezogen en gefilterd met W3-gecertificeerde apparaten (TRGS 560).
In dit artikel leggen we de belangrijkste aspecten van de W3-classificatie uit, inclusief de geldende richtlijnen en normen.
Afscheidingsklassen voor verschillende staalsoorten
Klasse |
Afscheidingsgraad |
Te gebruiken voor |
W1 |
> 95 % |
ongelegeerde of laaggelegeerde staalsoorten |
W2 |
> 98 % |
Gelegeerd staal met 5–30 % nikkel- en chroomaandeel |
W3 |
> 99 % |
Hooggelegeerd staal met > 30 % nikkel- en chroomaandeel |
Relevante richtlijnen en normen voor W3
De Technische regels voor gevaarlijke stoffen TRGS560 en TRGS528 beoordelen niet alleen klassiek lassen, maar alle thermische processen voor het bewerken van hooggelegeerde staalsoorten, inclusief lassen, snijden en lasermarkeren. Deze richtlijnen zorgen voor een hoge veiligheidsstandaard bij het omgaan met lasrook.
Het internationaal erkende Instituut voor Arbeidsveiligheid voert tests uit die de afscheidingsgraad en prestaties van W3-gemarkeerde lasrookafzuigers bevestigen1. De DIN EN 21904 beoordeelt daarnaast de installatie en het filtervervangingsproces.
Filterprestatie en grenswaarden
De filterprestatie wordt bepaald door de filtratie-efficiëntie. Voor deeltjesgroottes tot 100 µm geldt de grenswaarde voor alveole-bereikbare stofdeeltjes. Bij grenswaarden boven de 10 mg/m³ geldt een maximum van 1,25 mg/m³ voor 10 µm-deeltjes1. De DIN EN ISO 21904 deelt lasrook in drie W-klassen in.
Alveole-bereikbare deeltjes in lasdampen: groottes, risico’s en beschermingsmaatregelen
Lasdampen bevatten schadelijke deeltjes kleiner dan 1 µm. Deeltjes kleiner dan 10 µm worden beschouwd als alveole-bereikbaar, en nanodeeltjes (< 0,1 µm) dringen bijzonder diep door in de longen. Volgens de TRGS zijn deze stoffen kankerverwekkend en ontsnappen ze aan natuurlijke beschermingsmechanismen zoals neushaartjes. Daarom verbiedt de verordening inzake gevaarlijke stoffen het terugleiden van lucht naar de werkruimte – uitzondering: W3-gecertificeerde filterafzuiginstallaties volgens DIN EN ISO 21904 „Arbeidsveiligheid bij lassen en verwante processen“, die chroom- en nikkeldeeltjes effectief verwijderen. Door het IFA geteste W3-installaties behalen een afscheidingsgraad van 99 % bij hooggelegeerd staal en maken zo veilige luchtterugvoer mogelijk. Bovendien is een jaarlijkse functionele test van de installatie vereist om blijvende bescherming tegen kankerverwekkende stoffen te garanderen.
Praktische toepassing en beschermingsmaatregelen
De keuze van het lasproces hangt af van het materiaal en de betrokken processen. Installaties met H13-filters bereiken ook zonder W3-test een hoge afscheidingsgraad. Om medewerkers te beschermen, moeten de installaties jaarlijks worden gecontroleerd op hun filtereffectiviteit.
TBH filter- en afzuigsystemen van de H-klasse met W3-markering zijn door hun hoge afscheidingsgraad geschikt voor gebruik bij gevaarlijke stoffen wanneer de afvoerlucht teruggevoerd wordt naar de werkruimte1.
Door rekening te houden met de W3-richtlijnen en het gebruik van geschikte afzuiginstallaties kunnen bedrijven de veiligheid van hun medewerkers bij het lassen van hooggelegeerde staalsoorten waarborgen en tegelijkertijd voldoen aan de wettelijke vereisten.
Heeft u nog vragen?
Bel ons dan op +49 (0) 7082/9473-0 of stuur ons een e-mail naar info@tbh.eu.